06 16 86 86 97‬ info@tharpa.nl

Luisteren

Photo credits: Marjolijn Lamme

Als yogini/yogi (of sporter) krijgen we er allemaal een keer mee te maken: blessures. Het is een onvermijdelijk feit. Niet omdat yoga nu zo’n blessure-gevoelige beoefening is, maar om het doodsimpele feit dat we allemaal mens zijn. Mens met onze kwaliteiten en onze beperkingen. Mens met uitdagingen en valkuilen. Mens met een hoofd dat denkt en een lijf/hart dat voelt. Mens bij wie deze beide factoren niet altijd in balans zijn. Ergens komen we de confrontatie met onszelf tegen. Of dat nu na een paar weken, maanden of een paar jaar is. Dit betekent niet dat we, wanneer dat gebeurt, resoluut moeten stoppen met yoga, of een andere vorm – of een andere leraar – moeten gaan zoeken. Dit betekent simpelweg dat ons op dat moment de mogelijkheid wordt geboden even te stoppen en stil te staan bij de vraag: “Wat vertelt mij dit?” Blessures geven je de mogelijkheid bewuster te worden, te ontwaken en jezelf naar een dieper niveau te brengen, in je ontwikkeling alsmede in je practice.

Ikzelf kamp al jaren met een polsblessure. Niet gekomen door de yoga, wel een teken dat mijn leven resoluut om mocht. Ik heb na 5 operaties nauwelijks rotatie in mijn polsgewricht en, helaas nog altijd, dagelijks pijn. Na mijn zoveelste operatie zei mijn arts, terwijl hij naar de minimale beweging van mijn pols en hand keek: “Tsja, u moet maar leren leven met het feit dat het niet beter zal worden dan dit. U zult altijd een handicap hebben en ook met de pijn zult u moeten leren leven.” Ik ben dankbaar voor het feit dat ik toen al zo eigen-wijs was dat ik niet geloofde dat wat een arts geloofde ook mijn waarheid was. En ik ging op onderzoek uit. Hierdoor kwam ik er achter dat mijn lichaam er anders over dacht dan deze arts! Het duurde even en mijn zoektocht was een lange, maar na een paar jaar vond ik yoga…of yoga mij eigenlijk… En stapje voor stapje begon het hernieuwde contact met mijn lichaam vorm te krijgen. Ik leerde anders naar mijn lichaam kijken. Niet zozeer als iets dat zich aan moest passen aan mijn wil, maar als iets dat een enorme wijsheid had van zichzelf en mij stuurde in het hele proces. Nu, jaren later, doe ik dagelijks yoga, sta ik keer op keer in downward facing dog, doe ik mijn lage planken, sta ik met plezier op mijn handen…en geniet ik hiervan. Nog steeds is mijn proces gaande. Wat kan ik wel, wat kan ik niet, wat moet ik aanpassen, wat is goed voor mij en voor mijn pols? Soms zijn het grote aanpassingen of het besef dat die ene houding er gewoon niet in zit. Soms minimale en subtiele aanpassingen…net even die onderarm meer indraaien, net even meer gewicht naar de binnenkant van mijn hand. En iedere dag is anders!!! Ik heb het geluk gehad een aantal leraren te treffen die bereid waren en zijn om met mij mee te kijken, mee te denken, mee te experimenteren.

Na jaren ashtanga yoga kreeg ik een blessure aan mijn heup (waar ik overigens veel mensen binnen de yoga over hoor). Toen ik voor het eerst vijnana yoga ging doen kwam mijn lerares – Teresa Caldas – langslopen en zij zei: “ O, ik zie het al, te harde liezen.” Door deze “simpele” constatering en handreikingen van haar kant werd ik mij bewust van het feit dat ik veel (maar dan ook echt veel!!) te hard aan het werk was binnen de yoga…en ook daarbuiten. Dat ik mezelf hard maakte en de zachtheid naar mezelf en mijn lichaam vergat. Haar motto: “Do less” kostte me jaren om te begrijpen. Nu is het een onderdeel van mijn eigen beoefening. Do less betekent niet niets doen. Het betekent dat je niet keihard en koste wat het kost probeert een houding uit te voeren. Dat je aan het ‘presteren’ bent op je mat. Het betekent dat je vanuit zachtheid en begrijpen naar jezelf toe werkt, waardoor hard werken een samenspel wordt tussen lichaam en geest. Wanneer een blessure je ten deel valt is dat in eerste instantie vaak balen. Het is pijnlijk en komt zelden tot nooit gelegen. Om over de tijd van herstel maar niet te spreken. Over het algemeen wijzen we deze blessure af. Ik geloof echter dat we diep dankbaar mogen zijn voor alle blessures die op ons pad komen. Ze leren ons niet alleen iets fysieks, maar laten ook zien hoe wij ons door het leven heen bewegen. Dus wanneer je tegen een blessure aanloopt: ga stil staan, keer naar binnen, kijk eerlijk naar wat je aantreft en gebruik je blessure om kennis te vergaren en je wijsheid te vergroten. Maak er een reis van. Blessures geven je de kans om een ontdekkingsreiziger te worden, om nieuwe gebieden van en in jezelf te ontdekken. Het feit dat ik door mijn pols en deze heupblessure (die af en toe nog opspeelt wanneer ik niet bewust genoeg ben) genoodzaakt ben om al-tijd bewust te zijn van hoe ik beweeg, is voor mij een zegening. Het maakt dat ik niet inslaap. Het maakt dat ik altijd bereid moet zijn een andere weg in te slaan. Ik ontdek en herontdek mijn lichaam keer op keer. Dit geeft zo ongelofelijk veel mooie uitdagingen en plezier. En ik ben er achter gekomen dat het lichaam een enorm aanpassingsvermogen heeft en dat het tot ongelofelijke dingen in staat is.

Richard Freeman zegt: “Yoga begint met luisteren.” En hij heeft gelijk. En om goed te kunnen luisteren moet je stil zijn. Luisteren maakt ons bewust en laat ons naar binnen keren. En pas als we echt gaan luisteren zijn we in staat de boodschappen te horen die ons aangereikt worden.

Vrouwenpower

Vrouwenpower

Nog niet zo lang geleden had ik een meeting. Geïnitieerd door een dierbare vriendin van mij die mij voor wilde stellen aan een andere vriendin van haar, omdat ze zeker wist dat hier een klik zou zijn. Ik was iets te vroeg bij het huis van mijn vriendin – waar we hadden afgesproken. Na een minuut of 10 arriveerde er een – voor mij onbekende – jonge vrouw. Ze kwam binnen lopen en in plaats van elkaar formeel een hand te geven gaven we elkaar een stevige knuffel. Er was direct een oprechte verbinding, zonder een woord gesproken te hebben. We raakten met z’n 3-en aan de praat. We vertelden elkaar iets over onszelf en toen we onze koffietjes op hadden verplaatsen we naar buiten. Voor we het wisten zaten we 3 uur lang te praten, alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Over het leven, over ons werk, over onze dromen. En in no time waren we een idee qua samenwerking aan het uitwerken dat zo mooi en bijzonder is dat dat wel iets moet gaan worden! Toen ik naar huis reed was ik diep geraakt door het contact dat wij hadden. Drie vrouwen, opgegroeid in een compleet ander gezin en toch zo verbonden met elkaar. Een – om er maar een hip woord in te gooien – sisterhood in het klein.

Ik hoor het vaak van mensen om me heen, dat ze een soort allergisch worden van alle vrouwen-circles, vrouwen-gatherings, vrouwen-weekenden, vrouwen-ceremonies, vrouwen-healings die aangeboden worden. Het is hip en iedereen lijkt een stukje van de taart te willen. Die allergie zit dan niet zo zeer op de vrouwen-bijeenkomsten, maar meer op het zweverige wat er soms tussendoor komt. En het wordt vaak geassocieerd met klaaggroepjes, de ‘het is tijd voor ons vrouwen om onze plek weer op te eisen’ energieën, of gewoon hip willen zijn. Hoe het ook aangeboden wordt, ik geloof zeker dat er iets goeds uit voortkomt. Alleen al het feit dat vrouwen weer tijd met elkaar doorbrengen in een groep brengt naar mijn idee al een verandering teweeg.

Ik merk bij mezelf dat ik vrouwen opzoek. Steeds meer ook. Dat ik behoefte heb aan mooie, bijzondere, dierbare vrouwen om me heen. Om tijd met ze door te brengen; te delen, samen te koken, te zingen, te masseren, te dansen, te lachen, te huilen of gewoon stil te zijn.

Het samenkomen van vrouwen is iets wat we van oudsher al deden. Met name toen we nog meer in de communities leefden. Samenkomsten met een heilig centrum gaan al heel lang terug. Het is de oudste vorm van sociale interactie. Vaak met het vuur als het centrum; de plek waar gekookt werd, gegeten, verhalen verteld werden, tradities en wijsheid overgeleverd werden en goden/godinnen vereerd werden. Gatherings en circles voor alleen vrouwen vinden ook al heel erg lang – over de hele wereld – plaats. Denk aan bijeenkomsten gerelateerd aan de menstruatie cyclus of de cyclus van de maan. De Rode Tent – een menstruele traditie en bij veel vrouwen tegenwoordig weer bekend – en maanhutten als een heilige plek voor vrouwen en meisjes waren heel normaal. Het was een plek om hun spiritualiteit en seksualiteit te bevestigen en een plek voor het helen van eventuele wonden vanuit het patriarch – puur door te verbinden met andere vrouwen. Daarnaast heeft ook de religie een rol gespeeld in de oudste vrouwen-circles zoals beoefend bij de wicca’s en de Keltische christenen in de 5de eeuw. Uiteindelijk verdwenen deze samenkomsten grotendeels, mede door toedoen van sociale druk. De samenkomsten werden vaak verboden – mensen voelden zich er ongemakkelijk door – en deed je het toch dan hing vervolging boven je hoofd, omdat je niet de mannelijke heerschappij voor het hoofd mocht stoten. Natuurlijk verdween het daardoor niet geheel. Denk alleen al aan bv de thee-bijeenkomsten of de naaiclubjes, waar veel onderling gedeeld werd.

Zelf organiseer ik ook gatherings ed voor vrouwen. Down to earth en met veel rituelen. Wat ik terug hoor en terug zie is dat de ervaring van zo’n samenkomst totaal iets anders is dan bijvoorbeeld even lekker roddelen op een feestje of in de kroeg. Het heeft een compleet andere energie. Wanneer we ons bevinden in een omgeving waarin we niet hoeven te wedijveren met anderen geeft ons systeem een hormonale reactie die ons laat weten dat we veilig zijn. Dit creëert ruimte om het te hebben over niet alleen de mooie dingen in het leven, maar ook over echte ‘shit’ in ons leven. Binnen een circle of een gathering gaat het vooral om het ondersteunen en eren van het vrouw zijn, waardoor we kunnen helen.

Ik geloof dat het de tijd is voor de vrouw om weer in haar kracht te gaan staan. Let wel, ik heb het hier over de vrouwelijke kracht. Onze mannelijke energie hebben we in de afgelopen jaren echt wel voldoende ontwikkeld. Ik geloof dat het tijd is om de wapens weg te doen – ook de verborgen wapens onder ons bed – en in alle kwetsbaarheid in ons vrouw zijn te gaan staan. Vrouwelijkheid heeft niets te maken met zwak zijn, klagen, slachtoffer zijn of minder zijn. We hoeven ons niet ‘neer te zetten’. We zijn niet voor niets vrouw en kunnen heel veel halen uit die energie en de kwaliteiten die hierbij horen. Het gaat er in mijn beleving veel meer om dat we weer contact mogen maken met onze échte vrouwelijke kracht. Ik noem het onze sensuele kracht. En dat heeft niets met seks te maken. Het is onze schoonheid, onze creërende kant – in verbinding met het leven; de aarde, de maan, de natuur, de scheppende kracht. Daarbij mogen we weer gaan beseffen dat wij vrouwen niet de gevers, maar de ontvangers zijn!!!!! Vrouwen zijn ‘receptive’. Dit komt alleen al naar voren binnen het seksuele aspect. En dit zit in onze totale vrouwelijke energie. Wij! Mogen! Ontvangen! Hoe mooi is dat!?

Door te verbinden met andere vrouwen, kunnen we ons makkelijker verbinden met onszelf en kunnen we helen. Het weer in onze kracht staan en dicht bij onszelf zijn heeft voordelen voor ons zelf en kan ook enorme verschuivingen geven in het bewustzijn op aarde. We zitten ook in een tijd waarin enorme veranderingen en transformatie plaatsvinden en daar is dit een natuurlijk onderdeel van.

Wij vrouwen hoeven geen vuist te maken tegen de mannen. Integendeel! We mogen de mannen eren en ondersteunen in hun man zijn, kunnen ze helpen helen en terug brengen naar hun kern en mannen mogen de vrouwen ondersteunen in de taak die zij te verrichten hebben hier op aarde. Het één is niet meer of beter dan het ander. We hebben elkaar hierin nodig.

Ik heb inmiddels veel gedaan op het gebied van vrouwenkracht. Sta dicht bij mezelf en ben zachter en krachtiger geworden in de loop der jaren. Ik ben opgegroeid met 3 zussen. Mijn ouders gingen scheiden toen ik nog jong was, dus uiteindelijk hadden wij een echt vrouwen-huishouden. 5 vrouwen onder 1 dak. Ik groeide op in een gezin waar weinig aandacht werd besteed aan het ‘heilige’ van het vrouw zijn. Ik vond het heel vaak heel gezellig en daarnaast ook ongelofelijk frustrerend om maar steeds te moeten dealen met al die vrouwenzaken. Maar als ik toen wist wat ik nu weet had ik die periode zéker meer geëerd.

De kracht van aandacht

Foto: Saskia van Osnabrugge

Het meest krachtige en spirituele aspect van onze menselijke natuur is het vermogen om aandachtig en gewaar te zijn. Aandacht en gewaar zijn vergroten het bewustzijn van onze innerlijke wereld en tevens van onze buitenwereld. Het helpt ons onszelf van binnenuit te ervaren en met onszelf te verbinden. En om, vanaf die plek, naar buiten te keren in meer verbinding met de ander.

Ik was 33 toen ik voor het eerst in aanraking kwam met yoga. Ik had 8 jaar op hoog niveau karate beoefend en door een permanente blessure besloot ik te stoppen met de sport waar ik mijn hart aan verbonden had. In een zoektocht naar vervanging kwam ik, bij toeval, bij een proefles ashtanga-yoga terecht. Ik was nieuwsgierig en besloot dit uit te proberen. Ondanks mijn stijve lichaam en de confrontatie met mezelf op mijn mat was er ‘iets’ in de yoga dat mij aantrok. Het ‘iets’ kon ik niet onder woorden brengen, maar het raakte me en daagde me uit. In het begin was ik vooral bezig met het fysieke aspect, maar naarmate de tijd vorderde en ik bekender raakte met de houdingen, verschoof er iets in mij. Mijn dagelijkse beoefening van yoga en ademhalingsoefeningen liet me kennis maken met delen van mezelf, met een andere manier van kijken naar…en leerde me te luisteren. Luisteren naar mijn lichaam, luisteren naar alles wat aanwezig was. En het leerde me om dit als waarnemer te doen. Het puur fysieke werd meer een verbinding van lichaam – geest – emotie, zonder dat ik hier naar op zoek was.Tevens leerde ik dat yoga pas echt begint wanneer je van je mat afstapt. Dat alles wat je op de yogamat tegenkomt een afspiegeling is van je dagelijks leven. Uiteindelijk bewoog ik dan ook van de sterk fysieke vorm – ashtanga – naar de zachtere stromingen van de yoga – waaronder yin yoga en vijnana yoga.

Lang geleden, in de oude tijd, was de fysieke beoefening van yoga het beheersen van het lichaam en de voorbereiding op meditatie. In onze huidige tijd wordt yoga vooral gezien als een gezonde manier van bewegen en mindful bezig zijn. Yoga helpt om ons tempo omlaag te brengen en om te reflecteren. Om stil te staan en te kijken naar, luisteren naar en te voelen wat er in en om ons aanwezig is en welk effect dit op ons heeft. Hier vandaan kunnen we – daar waar nodig – onze route bijsturen of veranderen. Wanneer we met aandacht yoga beoefenen, wordt yoga meditatie in beweging. Al het buigen en stretchen en omkeren en twisten wordt dan een krachtige manier om onze geest helder te krijgen, ons hart te openen en onze oordelen te laten varen.

Enkele jaren geleden kreeg ik een nieuwe dame in de yogales. Een krachtige, interessante vrouw. Had carriere gemaakt als advocate, was moeder van een heerlijk gezin, woonde op een mooie plek en haar hele leven leek op orde. In de lessen merkte ik al snel dat haar hoofd haar in de weg zat. Ze was nauwelijks in contact met haar lichaam en probeerde – naast enorm haar best doen – alles te begrijpen. De uitspraak ‘do less’ was voor haar hocuspocus en maakte dat ze nog meer nadacht over hoe ik dan zou willen dat het was. Ik begeleide haar tijdens de lessen met korte aanwijzingen, maar bovenal met aanraken van bv. haar voet of haar arm. Om daar haar bewustzijn naar toe te trekken. Ze zat totaal in haar hoofd en was niet in contact met haar lijf.Na een aantal weken kwam ze naar me toe om het over prive-lessen te hebben. Ze stond voor me en ik vroeg haar: “Wat zou je graag willen? Wat heb je nodig?” Ze keek me aan en in haar ogen zag ik emoties die niet geuit werden. Ze antwoordde: “Ik wil leren voelen.”

Tijdens onze eerste afspraak vertelde ik haar dat we de komende tijd vooral veel zouden gaan werken met de adem. Ze leerde gewaar te zijn van haar adem, haar adem te sturen en ook de adem in te zetten om het hoofd tot rust te brengen. Ze leerde dat de adem een anker was, een hulpmiddel dat ze altijd bij zich had. We zette de adem ook in bij het doen van yogahoudingen. En door het gebruik van de adem en de houdingen werd haar hoofd steeds helderder en begonnen delen van haar lichaam en van haar emoties zich te openen. Met iedere sessie begon ze meer te delen over wat haar bezig hield – van dagelijkse dingen tot herinneringen tot wat haar dwars zat en waar ze blij van werd – en wat dit met haar deed. Zonder dat ze het zich echt heel bewust was was ze aan het openen. Na een aantal weken stond ze op haar mat in een yogahouding en begon ze ineens te huilen. Verwoed veegde ze haar tranen weg. Gerirriteerd dat deze haar lastig vielen. Ze keek op naar mij en zag de glimlach op mijn gezicht. Ineens brak er een lach door haar tranen heen: “Dit is het dus”, zei ze. En ik knikte instemmend.

Ik zeg altijd: ik heb yoga niet gevonden, yoga heeft mij gevonden. En het helpt me om, iedere dag weer, uit mijn comfortzone te stappen en op avontuur te gaan.